Javascript is required

Pragmatische aanpak stikstofcrisis, een update

De stikstofpublicaties en inzichten volgen elkaar in rap tempo op en het kabinet heeft inmiddels het startpakket gepubliceerd om Nederland van het slot te halen. Een belangrijk onderdeel van deze aanpak is de daadwerkelijke verlaging van stikstofemissies. Daarom actualiseerden ABN AMRO en CLM Onderzoek en Advies de uitkomsten van onderzoek uit 2022 naar de kosteneffectiviteit van diverse maatregelen in de melkveehouderij.

Download het complete rapport

Lees alle feiten en ontwikkelingen in het rapport 'Pragmatische aanpak stikstofcrisis, een update'.

Managementmaatregelen zoals verlaging van het eiwitgehalte in het voer, meer weiden of minder jongvee aanhouden zijn het meest kosteneffectief. Deze maatregelen kosten zowel de melkveehouder als de belastingbetaler weinig. Echter alleen managementmaatregelen verlagen de stikstofemissie onvoldoende. Technische innovaties zoals de LelySphere of mestvergisting (met dagelijkse ontmesting) zijn ‘second best’ qua kosteneffectiviteit en ook breed toepasbaar. Aan juridische erkenning wordt door het kabinet gewerkt, maar voor een aantal technische en managementmaatregelen blijft dit vooralsnog niet eenvoudig. Juridische erkenning (borging) ten behoeve van de monitoring van landelijke en regionale emissies, lijkt haalbaar. Maar of borging van de verlaagde emissies ook daadwerkelijk geldig is voor de vergunning van het bedrijf, is nog een grote uitdaging. Duur voor het Rijk maar wel juridisch geborgd is het uitkopen of verplaatsen van bedrijven. Omdat dit echter een heel beperkte groep bedrijven betreft, is de impact op de totale emissiereductie door de sector beperkt.

Waarom dit onderzoek?

Stikstof is onmiskenbaar een van de meest ingewikkelde dossiers voor de Nederlandse overheid. Het kabinet werkt aan een fundamentele aanpassing van het vergunningstelsel in combinatie met emissieverlaging en natuurherstel. In dit vergunningstelsel streeft het kabinet er naar dat doelsturing de basis vormt onder geborgde emissieverlaging door bedrijven. Doelsturing is een beleidsbenadering waarbij de overheid stuurt op de doelen (bijvoorbeeld maximale stikstofemissie) die ze wil bereiken en afziet van het voorschrijven van middelen en maatregelen waarvan ze denkt dat die nodig zijn om de doelen te realiseren. Voorlopig blijven vergunningen echter gebaseerd op het AERIUS model en depositiebeleid. En is het bevoegd gezag zeer terughoudend bij het uitgeven van vergunningen als gevolg van een uitspraak van de Raad van State inzake het intern salderen van emissies. Dit geldt ook als deze aanpassingen leiden tot verlaagde emissies of nodig zijn voor verbetering van dierenwelzijn. Daardoor wordt ook 2025 naar verwachting van ABN AMRO een jaar van stilstand voor verduurzaming en bedrijfsontwikkeling.

Uiteindelijk gaat het om daadwerkelijke verlaging van stikstofemissie. Een combinatie van maatregelen zal nodig zijn om de beoogde reductie van 42 tot 46 procent in 2035 ten opzichte van 2019 te bereiken. De vraag is wat de financiële gevolgen zijn van de verschillende maatregelen. Met de afschaffing van het Nationaal Programma Landelijk Gebied is de financiële ruimte van het kabinet om het stikstofdossier aan te pakken sterk ingeperkt. Het is daarmee nog belangrijker om te weten hoe doelmatig de maatregelen zijn en hoe de verschillende keuzes zich tot elkaar verhouden.

Om melkveehouders en bestuurders te ondersteunen bij het maken van keuzes verzocht ABN AMRO in 2022 aan het CLM Onderzoek en Advies om onderzoek te doen naar de kosteneffectiviteit van een aantal maatregelen voor de melkveehouderij. Dit leidde tot de publicatie: Pragmatische aanpak stikstofcrisis. Inmiddels is er een nieuw kabinet, een nieuw provinciaal bestuur en zijn de kosten voor het opkopen van bedrijven bekend. Tijd voor een actualisering van de inzichten.

De onderzochte maatregelen kunnen als volgt worden ingedeeld:

  1. Management maatregelen: aanpassingen in de bedrijfsvoering
  2. Technologische maatregelen: technische innovaties
  3. Structuurmaatregelen: uitkoop of verplaatsing van bedrijven

Managementmaatregelen zijn het goedkoopst, maar ontberen juridische erkenning

In figuur 1 is de potentiële emissiereductie op bedrijfsniveau per maatregel afgezet tegen de kosten. Hieruit blijkt dat managementmaatregelen, mits passend bij het bedrijf, het laaghangend fruit zijn. Ze kosten relatief weinig geld en zijn snel uitvoerbaar. Wel is de potentiële emissiereductie beperkt. De kosten voor de nationale schatkist zijn zeer beperkt omdat ze veelal zonder ondersteuning door het Rijk worden uitgevoerd. Kortom, zeer aantrekkelijke maatregelen voor de overheid. Groot nadeel is dat de juridische inbedding voor individuele bedrijven niet is geborgd. Dus een PAS-melder, ‘intern saldeerder’ of ‘interimmer’ kan hier in het huidige juridische kader nog geen legalisatie mee realiseren. Bij introductie van doelsturing is deze categorie maatregelen zowel bedrijfsmatig als maatschappelijk aantrekkelijk en effectief.

De uitkoop- en verplaatsingsregelingen (structuurmaatregelen) zijn daarentegen wel juridisch geborgd omdat de dieren en fosfaatrechten verdwijnen. Zij kunnen tot 49 procent stikstofreductie bereiken. De andere helft van de emissie vindt niet plaats via de stal maar via het veld en blijft dus aanwezig. Uitkoop en verplaatsing gaan gepaard met hoge kosten van 43 (LBV) tot 49 euro (LBV-Plus) per kg stikstof per jaar die door het Rijk en dus de samenleving opgebracht moet worden. Uitgaande van een afschrijvingstermijn van deze kosten van 25 jaar. De kosten van tien procent reductie van de totale melkveehouderijemissie via structuurmaatregelen (LBV en LBV-plus) bedraagt dan tussen de 170 en 200 miljoen euro per jaar. De hoge kosten en vrijwillige instemming van ondernemers met deze regelingen zorgen ervoor dat deze maatregelen echter slechts voor een beperkte groep van toepassing is. Belangrijk neveneffecten zijn dat uitkoop leidt tot vermindering van de druk op de mestmarkt en impact heeft op de toeleverende en verwerkende industrie. Daarnaast leidt verlies van grasland ten gunstige van akkerbouwgewas mogelijk tot een hoger risico op emissies naar het grondwater.

Technische maatregelen zijn ‘second best’ en juridische erkenning komt op gang

Technische innovaties zijn fors goedkoper dan structuurmaatregelen en bij een grotere groep melkveehouders implementeerbaar. De reductiekosten bij technische maatregelen bedragen –afhankelijk van de techniek – tussen de 5 en 31 euro per kg stikstof per jaar. Wel blijft de juridische erkenning (borging) van sommige emissiearme vloeren onzeker omdat deze minder goed werken dan verwacht. De verlaging via LelySphere en CowToilet zijn inmiddels erkend, maar voor een samengestelde techniek als dagontmesting en mestvergisting is dat nog niet het geval. De overheid heeft inmiddels een subsidieprogramma voor technologische innovaties opengesteld. Zo bedraagt de investeringssubsidie voor piekbelasters op een LelySphere 80 procent. De kosten van investering en exploitatie worden daarmee verdeeld tussen melkveehouder en overheid, ofwel tussen boer en burger. De kosten van tien procent reductie van de totale melkveehouderijemissie via technische maatregelen bedraagt tussen de 20 miljoen euro (vergisting verse mest) en 84 miljoen euro (Lely Sphere) per jaar.

De emissiearme vloeren laten we hierbij buiten beschouwing maar zijn ter duiding wel opgenomen in figuur 1. CowToilet had in 2022 nog geen officiële erkenning en is om die reden niet opgenomen in de analyse. Uiteraard is het niet wenselijk dat toepassing van technische maatregelen leidt tot afname van weidegang in de sector.

Inflatie stuwt investeringskosten in techniek, verdienmodel vergisting verbetert

De afgelopen jaren liepen de reductiekosten voor technische maatregelen flink op. Voornaamste reden: de hoge inflatie. De kosten voor technische innovaties zoals de emissiearme vloer en de LelySphere zijn de afgelopen twee jaar met 15 procent toegenomen. Anderzijds, het verdienmodel voor vergisting van verse mest verbeterde. Dat is te verklaren door de hogere SDE-garantieprijs voor energieproductie uit mestvergisting die de hogere investeringskosten ruimschoots compenseert. Niet alleen de prijzen zijn veranderd, maar ook de context van de veehouder is anders. Met het aflopen van de mestderogatie zitten veel boeren met een mestoverschot. Het afvoeren van mest via een intermediair kost al gauw meer dan 25 euro per kuub. Mest vergisten en -verwerken kan daardoor een aantrekkelijk alternatief worden. Belangrijk daarvoor is de erkenning van Renure meststoffen. Wij verwachten de komende jaren een toename van mestvergisting mits er schot komt in de vergunningverlening voor stalaanpassingen en vergisters. Een bijmengverplichting voor groen gas aan fossiel gas kan het rendement verhogen en vergisting ook voor kleinere bedrijven interessant maken. Zie voor meer informatie de publicatie: Hoe mestvergisting Nederland helpt vergroenen.

In januari 2025 publiceerde de WUR een ‘verkenning effecten landbouwinnovaties’ met daarin een interessant overzicht van een groot aantal maatregelen ter verlaging van emissies naar lucht, bodem en water door de veehouderij. De WUR concludeert in deze publicatie, die werd geschreven in opdracht van het Interprovinciaal Overleg (IPO), dat via innovaties de emissie van ammoniak met 41 tot 50 procent kan dalen wanneer alle landbouwbedrijven de best beschikbare technieken en maatregelen inzetten, inclusief innovaties in mesttoediening en mestopslag.

Nog recenter, in april jl. deelde Wouter de Heij zijn inzichten in Uit de stikstoffuik voor EUR 0,5 tot 1 miljard per jaar hoe het kabinet kosteneffectief kan inzetten op reductie van ammoniakemissies uit de veehouderij. Dit overzicht betreft de gehele veehouderij en gaat tevens in op een gebiedsaanpak. In de kern liggen de conclusies en aanbevelingen van beide onderzoeken in lijn met die van dit onderzoek.

Conclusies en aanbevelingen

Deze update bevestigt de conclusies van het vorige rapport. Managementmaatregelen zijn het laaghangend fruit en zijn impactvol omdat ze op veel bedrijven toepasbaar zijn. Technische innovaties zijn daarna het meest kosteneffectief, maar kunnen soms niet worden ingeboekt op bedrijfsniveau door gebrek aan juridische erkenning. Ook deze categorie is impactvol op sectorniveau omdat ze op veel bedrijven toe zijn te passen. Innovaties staan niet stil en kunnen de komende jaren aan impact toenemen. Het is belangrijk dat het kabinet met een beleidskader komt waarmee deze verbeteringen worden gestimuleerd en juridisch geborgd.

Structuurmaatregelen ten slotte zijn duur en volledig voor rekening van het Rijk, maar zijn wel een stevig slot op de emissiedeur. Het betreft echter slechts een beperkte groep bedrijven waardoor het totaaleffect gering is. Daarbij hebben structuurmaatregelen belangrijke andere effecten. Positief is de ontlasting van de mestmarkt en verlaging van de druk op natuur. Negatief is de impact op de toeleverende en verwerkende industrie en de vitaliteit van het platteland. Daarnaast blijven de emissies vanuit het veld door bemesting bestaan als geen aanvullende maatregelen - en kosten - worden genomen.

Op bedrijfsniveau is een combinatie van managementmaatregelen en technische maatregelen het meest effectief. Boerenslimheid mag je niet onderschatten. Een emissiereductie van 20 tot 30 procent is op deze wijze realistisch. Daar zijn nog geen maatregelen voor veldemissies in meegenomen. Met een stimulerend beleid is een hogere reductie haalbaar.

Op gebiedsniveau is een combinatie van alle drie categorieën nodig om de benodigde verlaging van de stikstofemissie (en -depositie op kwetsbare gebieden) te bewerkstelligen. In deze gevallen zal behalve naar stalemissies ook naar verlaging van de veldemissies gekeken moeten worden.

Wellicht ziet moeder natuur weemoedig toe op onze juridische fijn slijperij. Want zeg nu zelf, zou het haar veel uit maken of verlaging van stikstofbelasting juridisch erkend is of wordt ze gewoon blij van elke mol stikstof minder op haar jas?

De stikstofcrisis en ABN AMRO

Onze zorg gaat uit naar ondernemers en gezinnen die worstelen met de onzekerheid over hun vergunning en daarmee hun toekomst. We vinden het belangrijk om aan te geven dat ABN AMRO naast haar relaties staat en hen ondersteunt bij vragen op financieel gebied. We realiseren ons dat de zorgen van boeren vaak breder zijn en dieper gaan dan alleen stikstof.

ABN AMRO ondersteunt relaties bij het ontwikkelen van het bedrijf in de volle breedte. Dat kan gaan om verlaging van emissies of andere verduurzamingsplannen, verbreding, bedrijfsopvolging, groei of afbouw van de onderneming. Daarbij hebben we oog voor de ondernemer, voor ontwikkelingen in de maatschappij en de markt en voor wet- en regelgeving. We bewaken daarbij het inkomen en verdienmodel van de ondernemer. Ook willen we voorkomen dat omvangrijke investeringen plaatsvinden op een locatie waar achteraf geen ruimte voor ontwikkeling bleek te zijn. Net als ondernemers hebben ook banken behoefte aan zekerheid over het perspectief van de onderneming op een specifieke locatie.

Meer informatie

Lees alle feiten en ontwikkelingen in het rapport 'Pragmatische aanpak stikstofcrisis, een update'.

Lees verder in de agrarische sector

De agrarische sector in Nederland kenmerkt zich door hoge productiviteit en kwaliteit. Veel landen en organisaties zien Nederland daarom als agrarisch gidsland. Met een export van ruim EUR 100 miljard draagt de Nederlandse land- en tuinbouw sterk bij aan onze economie.

Bekijk alle artikelen

Lees ook

Financieren van de agrarische onderneming

Wij helpen dromen en ambities waar te maken. Ontdek onze mogelijkheden en zoek de financiering die bij je past. Vraag direct online aan of maak een afspraak met een adviseur.

Meld je gratis aan voor onze Insights nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van onze inzichten, tips en trends

Aanmelden